Schaakboksen is bedacht door de Nederlandse kunstenaar Iepe Rubingh. Hij werd in 2003 de eerste wereldkampioen van het schaakboksen. Iepe Rubingh was gefascineerd door strips van de Franse Enki Bilal, stripverhalen waarin schaken en boksen veel voorkomen. Eerst een beetje bedoeld als grapje, is de wereldwijde interesse voor het schaakboksen nog steeds aan het groeien. In 2012 werd schaakboksen bijna onderdeel van de Olympische Spelen.

 

Een wedstrijd bestaat uit elf ronden met afwisselende een ronde snelschaken en een ronde boksen. Er zijn zes ronden van vier minuten schaken en vijf ronden van twee minuten boksen. Soms bokst men drie of vier minuten, afhankelijk van het niveau van de schaakboksers. Tussen de ronden door is een minuut pauze. Een wedstrijd wordt gewonnen met een knock-out, een schaakmat of een beslissing van de scheidsrechter. Als een schaakbokser bij het schaken weigert een zet te doen, kan hij gediskwalificeerd worden.

 

 

World Chess Boxing Organisation (WCBO)

Oorspronkelijk was het schaakboksen vooral bedoeld als entertainment, maar vanuit de bokswereld en uit de schaakwereld is grote interesse voor het schaakboksen ontstaan. Zo is er een wereldwijde bond, de World Chess Boxing Organisation (WCBO) en is het schaakboksen in 2012 bijna onderdeel geworden van de Olympische Spelen.